FC Volendam is voor bijna een week afgereisd naar het Turkse Belek. Om klokslag zes uur zette de spelersbus koers naar Schiphol. De vertrektijd met Corendon was 09.00 uur, maar hoe raar ook, zondagochtend 2 januari was het een drukte van belang op onze nationale luchthaven. André Stuyt gaf vanuit de verkeerstoren pas rond half tien de baan vrij om op te stijgen. Over een vrijwel helder Duitsland, Oostenrijk, Slovenië, Kroatië, Servië, Griekenland en Bulgarije werd Turkije bereikt. Wat is zo’n vlucht dan toch mooi. Alle landschappen waren van elf kilometer hoogte schitterend te bekijken. Aan sommige spelers was dat niet besteed. Henny Schilder maakte studie van de achterkant van zijn ogen en Edwin Soenarto verdiepte zich in een zeven centimeter dik boek over de ontwikkeling van de hersens. Uit de hoek van de technische staf waren weer de sterkste voetbalverhalen te horen.
Vanaf Antalya reed een Corendon Footballbus de hele ploeg naar Belek. Groot was de verwondering over het schitterende complex van Riu Kaya Belek. Eerst kwamen we langs een negenholesgolfbaan, daarna langs vier biljartlakens waarop gevoetbald mocht worden om vervolgens binnen te mogen lopen in een immens *****hotel. Hoewel de Turkse klok al tegen tweeën liep, was het lunchbuffet nog geopend. Dat was aan de mannen wel besteed. Heel langzaam werden geluiden hoorbaar, dat een eventuele training na het nachtelijk/vroegtijdige vertrekuur op weinig sympathie kon rekenen. Maar Lami zou Lami niet zijn, als hij daar doof voor was. Er werd na de reisuren ook even stevig benen gestrekt. Het beviel overigens prima. Het liep fantastisch, waardoor de trek in het diner weer stevig was.
In het hotel hing een enorme voetbalsfeer. Ook een stel amateurclubs zoals RKAVV uit Leidschendam, Oranje Wit uit Dordrecht en Odin’59 uit Heemskerk hadden er hun intrek genomen, net als een aantal Turkse clubs. Na het avondeten waren de spelers al snel verdwenen, wetend, dat de wekker straks vroeg stond voor een ochtendloop met Lami.
Bron: FC Volendam